Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [21]Schep mij een rein hart, o God! en vernieuw in het binnenste van mij een [22]vasten geest. 21. Dat is, werk door uw Heilige Geest krachtiglijk in mij de reiniging mijns harten. Alzo wordt het woord scheppen elders in deze materie gebruikt. Zie Jes.41:20, en Jes.57:19; Ef.2:10; en Ef.4:24, enz. 22. Dat is, vernieuwd door een vast geloof, een vast en bestendig opzet in mijne ziel, tot de gehoorzaamheid uwer geboden, opdat ik zo niet meer slibber of val, gelijk nu geschied is. Verg. hfdst.57 vs.8, en hfdst.112 vs.7. Verg. wijders van hart en geest, Ezech.11:19, met de aantekening; en van den mensen binneste, Job 20:14.